Mart Hovens. Selorm Branttie heeft gelijk: hoogbejaarde regeringsleiders in Afrika kunnen niet meegaan met de tijd en vormen aldus een blokkade voor de economische ontwikkeling van hun land.
Maar het probleem ligt niet alleen bij ICT, internet en sociale media. Afrika is het continent met de jongste bevolking (mediane leeftijd 19 jaar, vgl. Europa met 42 jaar). En met een bevolkingsgroei van meer dan 2% jaarlijks zal Afrika’s jeugd flink blijven toenemen.
Paradoxalerwijs heeft het continent de oudste staatshoofden. Als we de recent afgezette presidenten van Algerije, Zimbabwe en Soedan niet meerekenen: Biya (Kameroen, 85), Mnangagwa (Zimbabwe, 76), Buhari (Nigeria, 76), Obiang (Equatoriaal Guinee, 76) en Museveni (Oeganda, 74).
Deze hoogbejaarden regeren nauwelijks nog zelf. Besluiten worden door een hechte kring van politieke ondernemers om hen heen genomen, en dat steevast in hun eigen belang. Jongeren, ook goed opgeleide, krijgen geen kans om zich tussen deze gevestigde politiek-economische dinosauriërs te wurmen. De kloof tussen deze elite en het volk groeit. De economische ontwikkeling van het land stagneert.
Eenzelfde paradox zien we bij de welvaart in Afrika. De rijkste presidenten ter wereld regeren over de armste bevolking. Daarover volgende keer meer.