IPS. De helft van de ebola-uitbraken wordt niet gerapporteerd, waarschuwen onderzoekers van de Universiteit van Cambridge. De studie komt temidden van groeiende bezorgdheid over de uitbraak van de ziekte in Congo.
De studie, die gisteren (donderdag) verscheen in PLOS Neglected Tropical Diseases, is het eerste onderzoek naar de rapportering van ebola-uitbraken. Vaak gaat het daarbij om uitbraken met minder dan vijf zieken, maar de wetenschappers zeggen dat het in totaal toch over meer dan honderd patiënten kan gaan. De kans dat een geïsoleerd geval van ebola gedetecteerd wordt, is volgens de onderzoekers minder dan 10 procent.
Dier op mens
‘De meeste keren dat ebola de sprong heeft gemaakt van wilde dieren op mensen werd dat niet gedetecteerd’, zegt Emma Glennon, onderzoeker aan de Universiteit van Cambridge. ‘Vaak leiden die eerste gevallen niet tot verdere besmetting, maar toch is het cruciaal dat je ze kent en kunt controleren. Je weet immers nooit welke van die eerste gevallen zal leiden tot een echte uitbraak.’
Volgens Glennon worden maar zelden ebola-uitbraken ontdekt op het moment dat ze nog makkelijk te beheersen zijn. ‘De huidige uitbraak in de Democratische Republiek Congo toont aan hoe moeilijk het is om de ziekte te beheersen eens ze zich ongecontroleerd kan verspreiden, zelfs met internationale steun. Als een uitbraak vroeg genoeg gedetecteerd kan worden, kan dat wel met gerichte, laag-technologische ingrepen zoals het isoleren van de besmette groep en hun contacten.’
Diagnose
De wetenschappers kwamen tot hun conclusie op basis van drie onafhankelijke datasets over de ebola-epidemie in West-Afrika om duizenden uitbraken te simuleren. Zo konden ze inschatten hoe vaak een besmetting via wilde dieren zou wegdeemsteren of zou uitgroeien tot een echte epidemie.
‘De meeste artsen en gezondheidswerkers hebben nog nooit een geval van ebola gezien, en een ernstige koorts kan makkelijk verward worden met de symptomen van malaria, tyfus of gele koorts’, zegt Glennon. ‘Om de uitbraken aan de bron te stoppen moeten we veel meer investeren in de lokale capaciteit om de ziekte te diagnosticeren en te stoppen. We moeten ervoor zorgen dat elk lokaal gezondheidscentrum beschikt over de middelen om infecties te beperken. Internationale campagnes zijn belangrijk, maar ze zijn vaak traag, complex en duur.’