Impressie 3 Guinee Conakry
Geschreven in Bamako Mali – 3 januari 2003
Datum van aankomst: 23-12-’02 | Datum van vertrek: 30-12 -02 | Kilometerstand: 14.250 |
De route: Koundara, Labé, Pita, Mamou, Faranah, Kissidougou, Siguiri
Oorlogsgebied
Een kleine 2000 kilometer hebben wij gereden in La Guinee, diverse plaatsen bezocht en met mensen gesproken we zijn wij nog steeds onder de indruk van dit land. Het heeft de schoonheid, de oorspronkelijkheid en de pijn die zo kenmerkend is voor delen van Afrika. Het land heeft alle mogelijkheden om de parel van West-Afrika te zijn.
De begroeide bergen van de Fouta Djalon, het tropische bos in het zuiden, de vele rivieren die er ontspringen en het land vruchtbaar maken en ook nog een regenseizoen dat een half jaar duurt, zorgen er voor dat Guinee potentieel haar bevolking kan voeden en tevens van betekenis kan zijn voor de omringende landen.
Er zijn diamanten, er wordt goud gedolven en het heeft de grootste bauxietreserve van de wereld. Maar Guinee heeft ook ruim een miljoen vluchtelingen te herbergen. Het buurland Sierra Léone waar het rebellenleger van de RUF nu reeds een tiental jaren actief is om chaos te kweken op een beestachtige manier. De inzet van deze bandieten is niet de macht, maar het bezit van de rijke diamantmijnen.
Verschillende malen is de RUF aangeboden om deel te nemen in het bestuur van het land maar dit is categorisch geweigerd. De methodes die deze zogenaamde revolutionairen er op na houden, zijn:
het overvallen van dorpen, het dwingen van kinderen om mee te vechten of als animeermeisje te dienen. Bij weigering wordt gestraft door de handen af te hakken. Jarenlang heeft de internationale gemeenschap dit aangezien en min of meer geprofiteerd van de goedkope stroom van diamanten naar de handelscentra in Europa tot het Engelse leger ingreep. Nu is de RUF teruggedrongen tot het oerwoud en verschijnt regelmatig in Guinee.
Toen wij geen kampeerplek vonden in het dicht begroeide bos en in Kissidougou een hotel zochten, vroeg de eigenaar zich af of wij onnozel waren, of ons leven zat. ‘Wij zijn hier in oorlogsgebied’ was zijn dringende boodschap. Inderdaad, er rijden veel auto’s van internationale hulporganisaties en reizigers had de man al tijden niet meer gezien.
Naast de vluchtelingen uit Sierra Léone zijn er 250.00 mensen uit Liberia, die nu huizen in de opvangkampen in Guinee. Daar komt nu de toestand in Ivoorkust bij met een voorlopige voorzichtige schatting van ruim 500.000 ontheemden. Delen van de teruggedrongen RUF rebellen vechten nu met de opstandige militairen in het noorden van Côte d’Ivoire. Regelmatig vallen zij de buurlanden Guinee en Mali lastig met in- en overvallen. Een hulpverlener van de VN vertelde ons dat er in Guinee vooralsnog meer dan een miljoen vluchtelingen zijn en dat op een bevolking van nog geen acht miljoen inwoners. Wordt er in Nederland nog steeds gesproken over vluchtelingenopvang in de eigen regio? Zo ja, kom dan eens hier kijken!
Guinee zelf heeft een verleden met de dictator Sekou Touré die dit mooie land volledig isoleerde en een zogenaamde Marxistische lijn volgde die haaks stond op alles wat de Afrikaanse cultuur in zich heeft. Deze boef is opgevolgd door de huidige machthebber, Lasanna Conté die via een militaire staatsgreep aan de macht kwam en daarna ervoor zorgde dat hij nu één van de rijkste mensen is van heel Afrika.
Lasanna Conté ligt nu in het ziekenhuis in Rabat waar zijn voorganger in 1984 is gestorven. Verschillende mensen maakten ons duidelijk dat hij waarschijnlijk niet levend naar zijn land zal terugkeren en dat weinigen dit betreuren. Zijn opvolging is niet geregeld maar men veronderstelt dat het wel iemand zal zijn van het leger daar het de enige instantie is die op nationaal niveau orde op zaken kan stellen.
Maar La Guinee is meer dan ellende alleen. Nog nooit zijn wij in een land geweest waar zoveel muziek wordt gemaakt en gefeest. Ieder hotel en restaurant heeft een nachtclub die door de plaatselijke bevolking enthousiast bezocht wordt. Soms kan dat tot ingewikkelde problemen leiden omdat in alle steden die wij bezochten ’s avonds de elektriciteit uitviel maar niemand maakte zich daarom enige bekommernis.
Of het ligt aan de volksaard of aan het ontbreken van het verschijnsel toerisme: men was opvallend open en hartelijk jegens ons en het, in West Afrika soms hinderlijke vragen om cadeaus was hier merkbaar minder. ‘Waar werken jullie, of zijn jullie journalisten’, was een terugkerende vraag. Als wij dan vertelden dat wij het land en zijn bevolking wilden bezoeken, keek men ons wat meewarig aan en gaf men toe dat Guinee toch wel een mooi land is.